De avonturen van Daan

Omdat het bijna een jaar geleden is dat mijn allerliefste kater Daan overleed, twee korte verhaaltjes ter herinnering aan deze speciale kat.

Daan was net een stripfiguurtje. Hij had zoveel gezichtsuitdrukkingen, het was zo’n grappig kereltje, mijn lieve held op sokken. Een extreem lieve, lange slungel. Hij liep wat vreemd met zijn achterlijfje, slingerde met zijn achterpootjes alsof hij een borreltje teveel op had. De lange, grotendeels verlamde staart, hing er vreemd bij. Aan het einde zat een klein knikje, waardoor het witte puntje iets omhoog stond. Dit waren de restanten van zijn hernia-operatie. Hij had er zelf geen last van. Daan was super aanhankelijk en volgde mij bij alles wat ik deed. Hij vertederde mij iedere dag en was het zonnetje in mijn leven. Ik mis hem, er gaat geen dag voorbij dat ik niet aan mijn lieve gappie denk.

FullSizeRender4

Een vreemde kat buiten.

De serredeuren naar de achtertuin staan open. De zon valt als een warme gloed het huis binnen. Ik ben in de keuken aan het rommelen. Daan zit op zijn vaste plek in het raamkozijn en aanschouwt met een kritische blik mijn handelingen. Tessa ligt vlak voor het aanrecht, hinderlijk in de weg. Ik sta wijdbeens in rare houdingen om haar te ontzien. Plots horen we gemiauw buiten. Daan kijkt mij verschrikt aan. Hoor je dat vrouwtje?  ‘Ja Daantje, ik hoor het ook. Wie is dat nou?’ Hij springt via het aanrecht over Tessa heen op de grond. Tessa reageert niet. De nervositeit van Daan is ze gewend. Daan staat in de deuropening van de serre en kijkt mij aan alsof hij wil zeggen: Vroeger had ik die dikke (Roos, onze andere kat) die altijd onverschrokken naar buiten liep. Daar sloop ik dan stilletjes achteraan.  Ik durf niet alleen.

Hij en Roos waren een uniek duo, een beetje zoals Peppie en Kokkie of Laurel en Hardy. De stoere garfieldachtige Roos voorop met de slungelige, onhandige bange Daan in haar kielzog. Roos was een stuk kleiner en gedrongener dan Daan. Hij waarschuwde haar als er onraad was. Roos was zelf nogal onverschillig, maar wel empathisch naar Daan toe. Als hij haar kwam halen ging ze mee de tuin in. Ze zat voor het gaas met een dikke staart te grommen. Onverschrokken bleef ze zitten, net zolang tot de ongewenste gast aan de andere kant van het gaas verdween. Daan zat schuin achter haar verdekt opgesteld alsof hij haar rugdekking gaf, hoewel hij zich er nooit mee zou bemoeien. Trots kwamen ze daarna naar binnen gelopen, Daan vol bewondering voor Roos. Alsof ze een thuiswedstrijd hadden gewonnen en Roos het winnende doelpunt had gemaakt. Daan was dan ook ontroostbaar toen zijn steun en toeverlaat wegviel.

IMG_0595-1

Ik voel mij verplicht om met hem mee te gaan kijken. Nieuwsgierig als ik ben wil ik ook weten wie er zo mauwt. Ik loop naar de achterkant van de tuin, op mijn hielen gevolgd door een sluipende Daan. Bij het muurtje van de garage wacht hij. Vanachter een grote houten plantenbak kijkt hij als een stokstaartje om het hoekje. Zijn hoofdje verschijnt langzaam boven de rand, zijn grote ogen kijken mij angstig aan. ‘Kom maar Gappie, het is niet eng.’ De kat zit twee tuinen verderop en is een bekende in de buurt. Als een klein kind dat opgetild wil worden en zijn armpjes uitstrekt staat hij vragend voor me. Hij zet zijn voorpootjes tegen mijn bovenbeen. De scherpe nageltjes moeten nodig geknipt. Ik til hem op en samen kijken we door het gaas naar de griezelige zwarte kater in de tuin twee huizen verderop. De engerd stopt met mauwen en loopt nietsvermoedend weg. We kijken hem na. Daan hangt voorover in mijn armen. Hij strekt zijn nek en beweegt zijn hoofdje schichtig heen en weer om toch nog iets op te vangen van de kat. Hij kijkt me onzeker aan. ‘Hij is weg Daan, de kust is veilig.’

Genoeg avontuur. Na deze enerverende ervaring neem ik Daan hangend over mijn schouder mee naar binnen, en we vervolgen onze bezigheden. Daarna besluit ik boven even te rusten. Tessa loopt gemoedelijk mee de trap op. Daan dribbelt zoals gewoonlijk met ons mee. Hij schiet voor ons uit de slaapkamer in en springt op bed, nog voor ik erop zit.  Ik moet oppassen dat ik niet bovenop hem beland. Daan wurmt zich snel luid spinnend op schoot. Niet veel later snurkt hij met lieve kleine geluidjes. Zijn pootjes bewegen, ook de snorharen en zijn roze mondje en neusje trillen. Hij droomt vast over enge zwarte buurkatten.

Gekke uurtje.

Hoewel Daan een pantoffelheld was, was hij hier in huis de gangmaker. Niets leuker dan een “gekke uurtje”. Door het huis rennen en dan in vliegende vaart op de nietsvermoedende kipjes afstieren die achter in de tuin lopen. Het leukste was natuurlijk als ze dan opvlogen, maar dat lukte helaas nog maar zelden. Ze reageerden steeds minder op zijn fratsen. Heb je die idioot weer, leken ze te denken. Zodra het ging schemeren zat Daan graag bij het trappetje van hun nachthok om de kipjes te plagen die op stok wilden. Wanneer ik op bed lag en de kipjes hoorde klagen, gooide ik het raam boven open en riep ik; ‘Hé, is het afgelopen?!’ Daan keek mij ondeugend aan en kwam luid mauwend naar boven gesjeesd. Ik groette de buren vriendelijk die buiten in de tuin zaten en mij lachend aankeken. Ze hadden zelf een Franse bull genaamd Bartje, die regelmatig door Daan werd uitgedaagd. Daan ging dan vlak voor de schutting op het dak van zijn buitenkattenbak zitten en stak zijn witte voorpootje door een kier van de schutting: Hé hallo Bartje! Bartje op zijn beurt snuffelde knorrend zoals bulldogjes doen aan het heen en weer bewegende pootje, wat ook zo maar plots weer verdween. Daan gluurde door de kieren naar de nieuwsgierige Bartje. Zo waren ze samen een poosje zoet tot Bartje het zat was. Roos moest het ook vaak ontgelden. Als ze zich niets vermoedend zat te wassen, en Daan een wilde bui kreeg, loerde hij om het hoekje half zittend/ liggend naar haar. Hij wiebelde met zijn kontje en vervolgens werd de aanval ingezet. Arme Roosje, als een tuimelaartje viel ze om.  En dan was er nog Tessa. Ze hield niet van ongewenste intimiteiten en maakte dat aan andere honden duidelijk kenbaar. Maar als Daan opdringerig werd, wist ze zich geen raad en kwam mij om hulp vragen: Help, hij doet het weer…hij is weer bezig! Daan gedroeg zich meestal onderdanig naar haar toe, maar in een verliefde bui wist hij soms van geen ophouden. Hij mocht daarom niet op de hondenbedden om Tessa te beschermen en rust te gunnen. Maar ’s nachts gebeurde het weleens dat ik wakker werd van een zuchtende Tessa naast mijn bed. Met slaperige ogen zag ik haar schaduw in het donker naast mij staan. Ik wist meteen wat er speelde en meestal was een ‘Hé!!’ voldoende en hoorde ik Daan wegschieten. Zo niet, dan ging ik rechtop zitten en deed ik het licht aan. Daar lag Daan op zijn rug te kronkelen, midden op het grote hondenbed. Brutale blik in zijn ogen. ‘Daaaan!’ zei ik dan, waarna hij alsnog schuldbewust wegrende. Tessa sjokte gerustgesteld terug en ging met een zucht liggen. Daan rende nog even rond en speelde uitgelaten met zijn speelgoedmuis en de grote kartonnen doos op de gang, die je van de ene naar de andere kant hoorde schuiven. We hadden er een gat in gemaakt, tot grote hilariteit van Daan die gillend van enthousiasme in en uit de doos sprong. Tessa en ik keken elkaar gelaten aan, het was een kwestie van wachten tot Daan het zat was en weer bij mij in bed kroop. Dan kon de familie verder slapen. Want morgen wachtte een nieuwe dag, met nieuwe avonturen.

FullSizeRender3.jpg

Bedankt voor het lezen, ik hoop dat je het leuk vond.

Tot een volgende keer.

Liefs,

Eveline 💚

8 gedachten over “De avonturen van Daan

Plaats een reactie